Bem-vindo!

Bem-vindo, welkom op Pedro Mineiro, een weblog met informatie voor Braziliëgangers en Braziliëvrienden. Ik nodig je van harte uit hier wat rond te struinen. Je kunt de 'labels' in het kader hieronder gebruiken om te zoeken op een specifiek onderwerp. Bezoek je het log voor het eerst? Lees dan de introductietekst 'over dit weblog' voor wat praktische en achtergrondinformatie. Mocht je naar aanleiding van een bericht op dit log een concrete vraag of opmerking hebben, dan ontvang ik graag je mailtje op peter@runhaarmedia.nl. Um abraço, namens Pedro Mineiro, Peter Runhaar

zaterdag 31 januari 2009

Belém is anders (én warm!)

Belém is de hoofdstad van de grote, noordelijke deelstaat Pará. Het leuke van deze dampende miljoenenstad is dat hij in meerdere opzichten anders is dan andere Braziliaanse steden. De mensen zien er inheemser uit, het klimaat is nóg warmer - en vooral vochtiger - dan de rest van het land, het eten smaakt anders en de lokale cultuur kent elementen die uitsluitend in deze regio voorkomen.

Als je Belém over water nadert zie je eerst de skyline van een grote metropool, inclusief een groot aantal hoge, moderne gebouwen. Toch doet het oude stadscentrum eerder wat provinciaals aan, rommelig, veel oude gebouwen en een beetje het gevoel van ‘vergane glorie’. Dat laatste klopt ook wel, want aan het begin van de twintigste eeuw kende Belém zijn gouden jaren, toen onder invloed van snelgroeiende rubberwinning in het Amazonegebied de stad een zeer welvarende periode doormaakte.

Vergeet tijdens een bezoek aan deze boeiende stad niet het Goeldi-museum aan te doen, uitgebreid over de Ver-o-Peso markt te wandelen (en daar Tacacá te eten) en rare onbekende fruitsoorten – verwerkt in ijsjes of vruchtensappen – te proeven.

Een bezoek aan Belém kun je overigens uitstekend combineren met een trip naar het bijzondere Marajó-eiland, - het grootste riviereiland ter wereld en groter dan Zwitserland! – dat onder meer bekend is omdat er buffels worden gehouden en omdat er nog keramiek wordt gemaakt in de Marajoara-stijl van de pre-Colombiaanse indianen die hier leefden. De bootreis van Belém naar het dorpje Salvaterra (met rivierstranden en pousadas) op het Ilha do Marajó duurt ongeveer drie uur.

vrijdag 30 januari 2009

Hoe zit het eigenlijk met ... vervoer?

Brazilië is – open deur – om te beginnen natuurlijk een waanzinnig groot land. Als je op de kaart kijkt zie je in het noordoosten de piepkleine deelstaat Sergipe liggen: zo groot ongeveer zijn Nederland en België. Ondanks de grote afstanden kun je in Brazilië prima reizen. Afhankelijk van tijd en budget zal de reiziger meestal kiezen tussen vliegtuig en bus. Je kunt ook een auto huren, maar houd dan op voorhand rekening met de grote afstanden, met de kwaliteit van de wegen in sommige regio’s en met het feit dat ’s nachts reizen met de auto onverstandig is.

Bus
Het busnetwerk is in Brazilië in private handen. Een groot aantal ondernemingen bedient samen zowat alle uithoeken van het land. Een paar grote maatschappijen - zoals Itapemirim, Sao Geraldo en Gontijo - rijden door heel Brasil. Daarnaast zijn per regio een groot aantal kleinere ondernemingen actief.

Voor busreizen tussen grotere steden over grotere afstanden kun je vrijwel altijd rekenen op een comfortabele, moderne bus. In meer afgelegen regio's daarentegen, kun je nog wel eens in een lekkere rammelbak terechtkomen.

In de steden vertrekken bussen van de 'rodoviaria' een centraal busstation, waar alle maatschappijen hun eigen verkoopbalie hebben. Je koopt een kaartje van tevoren en geeft daarbij ook aan welke stoel ('poltrona') je wilt hebben. Op drukkere routes cq. in drukke perioden is het erg verstanding om (ruim) van tevoren je kaartje te kopen.

Zoals gezegd zijn de bussen op de grote afstanden vrijwel altijd luxe touringcars. Je kunt ook voor een nog wat luxere categorie kiezen, de 'leito' of 'semi-leito'. Deze bus beschikt over zeer comfortabele stoelen die je volledig in de slaapstand kunt zetten. Ideaal voor echt lange afstanden en voor mensen die - zoals wij tegenwoordig - met kinderen reizen.

Vliegtuig
De voornaamste maatschappijen voor binnenlandse vluchten zijn GOL en TAM, beide relatief jonge bedrijven die de markt grotendeels hebben overgenomen van de oude ‘merken’ Varig en VASP. Enkele kleinere maatschappijen hebben een meer regionale functie.

In rustiger periodes (eigenlijk alles buiten de periode tussen kerst en carnaval en de ‘feriados’, officiële feestdagen) is het doorgaans vrij goed mogelijk om kort van te voren te boeken. De prijzen zijn naar Europese maatstaven meestal laag tot redelijk, maar kunnen fors fluctueren.
Prijs- en vluchtinfo vind je op http://www.voegol.com.br/ en http://www.tam.com.br/. Op deze sites kun je ook online boeken, dat kan sinds kort - in ieder geval bij de Gol - met een Nederlandse of Belgische creditcard.

Als je een lange vlucht maakt (vooral naar het noorden en noordoosten) houd dan rekening met verschillende tussenlandingen. Het is niet ongebruikelijk dat – bijvoorbeeld – een vlucht van Sao Paulo naar Belém onderweg drie tussenlandingen maakt.

Als je een aantal binnenlandse vluchten wilt maken en vanuit Europa je gehele reisplan voorbereidt en vastlegt, kun je checken of het kopen van een airpass (kan alleen buiten Brazilië) de moeite waard is.

Auto
Een aantal grote internationale autoverhuurders, zoals Avis en Hertz, hebben veel vestigingen in Brazilië. De grootste nationale variant heet Lokaliza. Verder zijn er uiteraard talloze kleinere lokale verhuurders. De auto is vooral geschikt als je je langere tijd in een kleinere regio wilt bewegen. Voor een langere trip of rondreis zou ik lekker het OV nemen.

Taxi
Braziliaanse taxichauffeurs zijn vaak uiterst vriendelijke en behulpzame heren. Soms tref je een boefje dat je probeert op te lichten. Vraag altijd van tevoren de prijs naar je bestemming; buiten de grootste steden werken taxi’s meestal niet met taximeters.
Op de luchthavens en busstations van de grootste steden tref je taxibedrijven waar je - voordat je instapt - bij een loket de rit betaalt en vervolgens met je kaartje naar de chauffeur gaat.

Boot
Met name in het Amazonegebied wordt - vanzelfsprekend - zeer veel met de boot gereisd. Hou rekening met lange reistijden, een tocht van Porto Velho naar Manaus duurt vier dagen. Je bed neem je zelf mee: de hangmat. De meeste boten hebben ook enkele hutten, maar ik adviseer de hangmat, in het Braziliaans 'rede' (spreek uit 'heddzjie') genoemd. Zorg dat je een mooie, grote 'rede casal' (tweepersoons hangmat) bij je hebt. En neem twee flinke stukken touw mee, want op veel boten heb je dat touw nodig om je hangmat te bevestigen. Kaartjes voor de bootreis koop je van tevoren in de haven. Inspecteer dan ook even de boot waarmee je gaat reizen. Mocht er keuze zijn tussen twee- en driedeksschepen: kies voor het driedeksschip. Je kunt dan af en toe de benen strekken op het bovendek.

Fiets
Heel, heel soms kom je iemand tegen die een fietsvakantie houdt. In sommige regio’s wordt de fiets door de Brazilianen vrij veel gebruikt als dagelijks vervoermiddel en op sommige plekken kun je fietsen huren. Door de natuur crossen op de mountainbike is ook erg populair tegenwoordig.

Wandelen

Brazilië is een Eldorado voor wandelaars. Het land kent een groot aantal nationale parken, waar je – met gids – de meest prachtige wandelingen kunt maken. De meeste parken zijn bij reizigers niet echt bekend; het loont dus de moeite om je goed te orienteren op de specifieke mogelijkheden van de regio waar je naartoe gaat. Overigens: wat is er heerlijker dan een lange strandwandeling? Vermijd het heetst van de dag en neem vooral een goed hoofddeksel mee.

donderdag 29 januari 2009

Curitiba, een duurzame miljoenenstad

Curitiba is de moderne hoofdstad van de deelstaat Paraná; niet echt een toeristische hotspot, maar wel een stad met een aangename uitstraling.

In één opzicht is deze metropool heel bijzonder: al jarenlang geldt Curitiba als een mondiaal voorbeeld voor slimme, duurzame stedelijke planning. De stad heeft een ultra-efficiënt openbaar vervoersysteem, met onder andere buslijnen die over vrije banen rijden en door slimme ‘sluizen’ (zie foto) in staat zijn in razend tempo passagiers te laten in- en uitstappen. Zulke innovatieve projecten zijn vooral te danken aan één man: voormalig burgemeester Jaime Lerner. Lerner ontwikkelde voor zijn stad een hele serie aan ingenieuze plannen, die vooral betrekking hadden op duurzaamheid, leefbaarheid en armoedebestrijding. Curitiba wordt tot vandaag de dag bezocht door stedenplanners van over de hele wereld, en burgemeester Lerner hield een hele serie VN-onderscheidingen én de Prins Claus-prijs over aan zijn visionaire bestuur. Meer over deze bijzondere ‘prefeito’ lees je op de Engelse Wikipedia.

Mocht je overigens in een café zitten tussen een grote groep vrolijke blonde mensen, denk dan niet dat je tussen de toeristen terechtgekomen bent: In Curitiba wonen veel nakomelingen van Russische, Duitse en andere Europese migranten die aan het begin van de twintigste eeuw naar Brazilië kwamen.

woensdag 28 januari 2009

Reizen door de sertao?

"I had now left the sertão, and though it treated me rather roughly, still I have always wished I could have seen more of it" (Henry Koster: Travels in Brazil, London, 1817)De sertao zou je ‘de achterkant van Brazilië’ kunnen noemen. Je leest er weinig over in de reisboeken. Hier, heel ver van São Paulo en Rio de Janeiro, liggen stadjes als Itapo­ranga, Arari­pe, Mundo Novo, Xique-Xique en Ouricuri in een vergeten wereld. De sertão (in het woorden­boek zowel vertaald met "ongecultiveerde plek" als "regio in het binnen­land") is net zo groot als Frankrijk en Spanje samen, en ligt in het noord­oosten van het land.

Het leven is er zwaar. ­Het gebied wordt regel­matig geteisterd door perioden van langdurige droogte, en veel bewoners zijn er weggetrokken, vaak kwamen ze terecht in de favelas van de grote steden.

Toch is de sertao fascinerend. Onder invloed van het vijan­dige klimaat en een sociale struc­tuur van extreme ongelijk­heid, ontwikkelden de sertane­jos zich tot een volk met een geheel eigen karakter, en met een cultuur die sterk afweek van het "bekende" Brazilië. Die cultuur is rijk aan mythen en mira­kels, heeft zijn eigen feesten, en zijn eigen regio­nale helden en schur­ken, zoals Antonio Conselheiro (bekend van het boek De Oorlog van het Einde van de Wereld van Mario Vargas Llosa) en Braziliës beroemdste boef - een lange rij politici daargelaten - Lampião.

Als je voldoende tijd hebt, houdt van lange, stille wegen en lege landschappen, en de andere kant van Brazilië wilt leren kennen, dan zou je de afstand tussen het noordoosten en het noorden van het land kunnen overbruggen met een busreis van - bijvoorbeeld - Joao Pessoa (hoofdstad van Paraiba) naar Teresina (hoofdstad van Piaui), dwars door de droge, dorre binnenlanden.

donderdag 22 januari 2009

Fenomeen Niemeyer

Oscar Niemeyer is een fenomeen. De beroemdste architect van Brazilië is inmiddels de 100 jaar gepasseerd, bleef altijd verstokt communist en is één van de weinige architecten ter wereld die een hele stad naar zijn hand zette. Brasilia is namelijk vooral Brasilia door de bijzondere gebouwen van Niemeyer .

Mooie welvende lijnen zijn zijn handelsmerk; een ode aan de schoonheid van de vrouw, zegt hij zelf. Niemeyer bouwwerken zijn direct herkenbaar en staan door het hele land. Naast Brasilia, zijn zijn beroemdste projecten te vinden in het Ibirapuera-park in Sao Paulo en – vooral – in de wijk Pampulha in Belo Horizonte.

Rondom het meer van Pampulha ontwikkelde hij een project met als bekendste bouwwerk de kerk van Sao Francisco de Assis (zie foto). Opdrachtgever was Juscelino Kubitchek, die in de jaren veertig burgemeester van Belo Horizonte was. Diezelfde Kubitschek gaf Niemeyer opnieuw de hoofdrol toen hij in de jaren vijftig besloot dat – vanaf de tekentafel – op een desolate hoogvlakte in het centrum van het land de nieuwe hoofdstad Brasilia ontworpen moest worden.

woensdag 21 januari 2009

Goed verstopt in de groene heuvels: Glaura

Minas Gerais is een deelstaat waar je voor Braziliaanse begrippen veel oude koloniale steden en dorpen aantreft. Vanaf eind zeventiende eeuw trokken de Bandeirantes vanuit de kuststreken de binnenlanden van Minas in op zoek naar goud en edelstenen. Ze stichtten daar steden en dorpen die vrijwel zonder uitzondering prachtig geconserveerd zijn. De bekendste - Ouro Preto, Mariana, Diamantina, Sabará, Sao Joao del Rey, Congonhas en Tiradentes - zijn allemaal een bezoek meer dan waard.

Maar er zijn ook veel mooie - doorgaans kleine - stadjes en dorpen waar je zelden een buitenlandse bezoeker aantreft. Ik noem hier Glaura. Veel oude huizen in het kleine dorp - met zo'n vijf straten heb je 't wel gehad - ademen het koloniale verleden. Het dorp heeft een oude kerk uit de Barroco Mineiro en ligt in een prachtige, heuvelachtige omgeving. Een enthousiaste inwoner beheert een (Portugeestalige) website over Glaura.

Verwacht in het dorp - dat overigens bij de ouderen als Casa Branca bekend staat - geen toeristische attracties of rijen bezienswaardigheden. Het dorp zelf is de bezienswaardigheid. Vanuit Ouro Preto kun je naar Glaura door de bus te nemen naar Cachoeira do Campo (Passaro Verde of Transcotta, 17 km.); vanuit Cachoeira pak je de bus (maar die rijdt zelden) of de taxi naar Glaura, een rit van ca. 4 kilometer.

Lanchonete-woordenboek

Overal in Brazilië tref je lanchonetes aan voor de snelle hap. Hier een mini-cursus voor het begrijpen van de kaart, waar je doorgaans varianten op onderstaande thema's aantreft:

misto quente: ham-kaastosti
queijo quente: kaastosti
hamburguer: spreekt voor zich
X-burguer: cheeseburger (De X spreek je uit als sjiesj, vandaar de associatie met cheese)
X-Egg: cheeseburger met ei
X-Tudo: cheeseburger met van alles
pastel de carne: gehakt in een bladerdeegjasje
pastel de queijo: kaas in een bladerdeegjasje
kibe: kleine snack met onder andere gehakt en mint (meegenomen door Syrische en Libanese migranten)
coxinha: kleine snack; kipmengsel in een deegjasje
pao de queijo: een 'bolletje' van maniokmeel en kaas, specialiteit uit Minas Gerais

maandag 19 januari 2009

Hotel zoeken?

Een prima site om hotels en pousadas te zoeken is Hotel in Site, te vinden op http://www.hotelinsite.com.br/. De site bevat info over een grote hoeveelheid hotels en pousadas, en wordt goed up to date gehouden.

zaterdag 17 januari 2009

Het parkje van Mariana

Net als de beroemdere buurstad Ouro Preto is Mariana een parel van koloniale Braziliaanse architectuur. Het stadje heeft een prachtig, gezellig centrum en - dat heeft Mariana dan weer voor op Ouro Preto - een heerlijk klein parkje middenin het stadshart. Het parkje heet officieel Praça Gomes Freire; een plek bij uitstek om je te nestelen op een van de bankjes en heel lang niets te doen, behalve om je heen te kijken naar de flanerende, kwebbelende, zoenende mensen.

Nog een verschil tussen Mariana en Ouro Preto: in Ouro Preto is het non stop 'bergje op bergje af', het centrum van Mariana is redelijk vlak. Omdat Mariana een stuk lager ligt dan Ouro Preto is het weer er doorgaans stabieler en de temperatuur wat hoger.

Mariana heeft verschillende kerken uit de 'Barroco Mineiro' en een museum voor religieuze kunst. Dat museum is gevestigd in een zijruimte van de kathedraal. Oh ja: op de hoek van het pleintje voor de kathedraal bevindt zich een ijswinkel waar je vele soorten heerlijk ambachtelijk gemaakt ijs kunt eten.

Mariana ligt op een steenworp van Ouro Preto. Je kunt de bus nemen natuurlijk, maar - zeker met kinderen - is een leuk alternatief om met het oude stoomtreintje te gaan. Het treintje vertrekt in beide steden van het oorspronkelijke, iets buiten het centrum gelegen, stationnetje.

Mooi kookboek

Als je gecharmeerd bent van de Braziliaanse keuken: Een prachtig vormgegeven kookboek is O Sabor do Brasil van de Braziliaanse kookberoemdheid Ofélia.

Je treft in het boek een groot aantal traditionele recepten, en daaronder zijn veel klassiekers uit de Braziliaanse keuken. Ook de kleintjes – acarajé, casquinha de siri, pao de queijo – worden niet vergeten.

Het boek is in het Nederlands vertaald en uitgegeven onder de titel De Smaak van Brazilië.

Hoe zit het eigenlijk met ... het geweld?

Het zou onnozel zijn te ontkennen dat Brazilië een geweldsprobleem heeft. Vreemd genoeg is Brazilië ondanks die gewelddadige kant een fijn land om rond te reizen. Dat komt voor een deel omdat het grootste deel van de gewelddadigheden zich afspeelt in enkele regio’s. En in veel van die regio’s zijn de ‘geweldskernen’ dan weer gebieden waar je als buitenlandse reiziger niet snel komt, te beginnen met de favelas in de grootste steden van het land.

Die constatering maakt de tragiek van het geweld natuurlijk niet minder groot. Veel inwoners van favelas in – met name – Rio en Sao Paulo zijn net zozeer gewend aan elkaar beschietende drugsbendes en politieagenten, als wij aan het kopen van een krentenbol bij de bakker. Als je die constatering combineert met het besef dat in de favelas veel, heel veel mooie, vrolijke, creatieve en levenslustige – veelal jonge - mensen wonen, dan stemt dat knap triest.

In de grootste steden wordt het bestaan ook voor de middenklasse en de elite bemoeilijkt door het geweld. Een deel van de mensen sluit zich op in ‘condominios fechados’ en leeft achter grote hekken. En de kans dat je als welgestelde inwoner van Sao Paulo beroofd wordt is een stuk groter dan in Amsterdam. Maar ook hier geldt: ’t is de kunst om de invloed van dat geweld op het dagelijks leven op waarde te schatten. Ik was een paar maanden geleden in de wijk Pinheiros, Sao Paulo, en verbaasde me over de gezellige en relaxte sfeer op straat, de overvolle terrassen en de algehele staat van ontspannenheid.

Terug naar de reiziger. Als je als buitenlandse bezoeker je ‘gezonde boerenverstand’ gebruikt is de kans klein dat je iets vervelends meemaakt. Om te beginnen: een heel groot deel van het land is veilig tot heel veilig. In kleine stadjes en dorpen is de sfeer doorgaans erg relaxed, en ook in verschillende grotere steden kun je je probleemloos bewegen. In de grootste steden moet je meer op je hoede zijn (zonder paranoia te ontwikkelen), Rio voorop, daarna Sao Paulo. Ook steden als Salvador en Recife nopen tot wat meer voorzichtigheid.

Een paar tips:
  • in de allergrootste steden: vraag na aankomst in je hotel/op je bestemmingsplaats aan je lokale gastheer naar de ‘spelregels’: Zijn er plekken waar ik beter niet kan komen, is het in de buurt waar ik verblijf ’s avonds veilig op straat, et cetera.
  • in de allergrootste steden: vermijd stille straatjes en verlaten parken, zorg dat je altijd ‘onder de mensen’ bent
  • neem eventuele waardevolle bezittingen mee in een plastic tasje, loop niet met je peperdure camera opzichtig op je buik
  • ga niet de stad in met veel geld op zak; mocht je onverhoopt beroofd worden: geef af wat je bij je hebt, het risico dat de overvaller een wapen heeft en dat gebruikt bestaat, vermijd het
  • neem officiële, als taxi herkenbare taxi’s

Tot slot: het is moeilijk om met de juiste nuance over het geweld in Brazilië te schrijven. Laat je vooral niet op voorhand bang maken, want dat is nergens voor nodig. Brazilië is een mooi land waar je heel goed kunt reizen.

vrijdag 16 januari 2009

Parque do Ibirapuera

Het Parque do Ibirapuera is hét park van Sao Paulo. Een erg prettige plek om te vertoeven door de combinatie van natuur en cultuur. Dat laatste element is vertegenwoordigd in de vorm van het paviljoen van de Biënnale van Sao Paulo en het Museu de Arte Moderna (MAM). Het MAM is een van de toonaangevende musea van moderne kunst in Latijns-Amerika; de collectie bevat veel hedendaagse Braziliaanse artiesten.

Het park werd in 1954 geopend, en was een product van twee Grote Zonen van Brazilië: ’s lands beroemdste landschapsarchitect Burle Marx en de ‘architect van Brasilia’ Oscar Niemeyer.

In het park vinden live-concerten plaats en lopen duizenden Paulistas hun vaste jogging-rondjes.

dinsdag 13 januari 2009

Praia das Tartarugas bij Santo Andre (Bahia)

Praia das Tartarugas is een vrij afgelegen strand, een paar kilometer ten noorden van het piepkleine Santo Andre, in Bahia. Het strand is onder meer interessant omdat er tartarugas, schildpadden, leven. Maar de locatie is ook gewoon vreselijk mooi. Het koraalrif voor de kust zorgt voor een 'piscina natural', een natuurlijk zwembad, ideaal voor kinderen. Meestal is het vanwege de afgelegenheid bovendien erg rustig. En, last but not least, het strand is voorzien van een bar-restaurant waar je lekker kunt eten. Het restaurant is onderdeel van de pousada Fazenda Amendoeira en de eigenaar van die fazenda is een Italiaanse kok, die op deze bijzondere locatie zelfs culinaire cursussen geeft.

Naast deze pousada heeft ook het dorpje Santo Andre diverse overnachtingsmogelijkheden, een paar zelfs van een soort detonerende luxe in deze verder afgelegen en verstilde omgeving. Zie verder het stuk over Santo Andre.

Vanuit Porto Seguro reis je als volgt naar Santo Andre: bus naar Santa Cruz Cabralia (ruim een uur), en dan de balsa (pont) naar de overkant van de rivier die Cabralia en Santo Andre scheidt. Het tochtje op de pont, over een prachtige rivier, met uitzicht op dichte bossen en de palmen aan het strand, is op zich al erg leuk. Van Santo Andre kun je vervolgens een taxi nemen naar het strand (spreek bij aankomst vast een tijdstip af waarop de chauffeur je weer komt ophalen). Alternatief: huur een buggy, in dat geval kun je zelfs nog even doorrijden naar het noordelijker gelegen oude stadje Belmonte.

Oh ja, mocht je overwegen om van de trip naar Praia das Tartarugas een dagtocht vanuit Porto Seguro te maken (kan denk ik net, mits je vroeg vertrekt) hou er dan rekening mee dat de pont van Santo Andre naar Cabralia na een bepaald tijdstip 's avonds niet meer vaart. Als je de pont mist zit je dus vast in Santo Andre (geen straf, als je je tandenborstel maar bij je hebt). Informeer dus bij aankomst in Santo Andre naar het vertrektijdstip van de laatste pont.

Koop muziek in de Lojas Americanas ...

Waar moet je beginnen als je gaat schrijven over de Braziliaanse muziekcultuur? Misschien bij de plek waar je muziek koopt? Wij gaan heus wel eens naar de betere muziekzaak, maar kopen toch vooral veel cd's in de Lojas Americanas, een soort lelijke versie van de Hema, die je in alle grote steden tegenkomt. Prima plek voor goedkope cd's, bijna alle bekendere (nationale) artiesten vind je er in de bakken.

Ik zal elders meer over Braziliaanse muziek schrijven, maar werp vast een slordig rijtje mooie artiesten het log op (oud en jong door elkaar): Leci Brandao, Zeca Pagodinho, Zeca Baleiro, Elis Regina, Alcione, Ana Carolina, Marisa Monte, Martinho da Vila, Gal Costa.

Palacio do Catete en de pyjama van Getulio

Het Palacio do Catete in Rio is een aanrader voor geinteresseerden in de Braziliaanse geschiedenis. Het begint bij het gebouw zelf: in de periode dat Rio de hoofdstad van het land was, was dit 'palacio' het verblijf van de president van de republiek.

Vandaag de dag is in het gebouw het 'Museu da Republica' gevestigd. Van binnen oogt dit museum erg voornaam, de bezoeker krijgt een goede indruk van de entourage waarin de Braziliaanse upper class leefde.

De meest opmerkelijke plek in het paleis is de kamer van de beroemdste president uit de eerste helft van de twintigste eeuw, Getulio Vargas. Op het bed ligt de pyjama die de president droeg toen hij in 1954 zelfmoord pleegde. Op de pyjama zijn een bloedvlek en het kogelgat te zien ...

zondag 11 januari 2009

Het Hollandse muurtje van Penedo

Aan de brede Sao Francisco-rivier, op de grens van de deelstaat Alagoas, ligt het oude stadje Penedo. De locatie is zeker een van de charmes van Penedo, want 't is mooi staren over de 'Velho Chico' (de oude Chico, zoals de rivier wordt genoemd).

Maar ook het oude stadscentrum is de moeite waard, met veel koloniale huizen en kerken. Penedo heeft ook een stukje Hollands verleden. Tijdens de periode - in de eerste helft van de zeventiende eeuw - dat de Hollanders onder leiding van Johan Maurits het bewind voerden over een klein stukje van Braziliës noordoosten, werd in Penedo Fort Maurits gebouwd, om de zuidgrens van het Hollandse territorium te bewaken. Mocht je gaan eten in restaurant Forte da Rocheira: dit restaurant is gebouwd op de enige muur die nog van Fort Maurits bewaard is gebleven.
Toen wij in Penedo waren maakten we een boottripje naar de overkant, waar het stadje Neopolis ligt. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat er in Neopolis niets te doen was; een politieagent stond op de kade een visje te bakken, twee kleine jongetjes leidden ons rond door het stadje - waar bijna alle inwoners een mini-pottenbakkerijtje bleken te hebben, want Neopolis bakt potten voor het hele noordoosten - en wij probeerden aan de oever van de rivier de exacte plek te vinden waar Frans Post zijn beroemde schilderij Gezicht op Fort Maurits maakte (zie foto).

vrijdag 9 januari 2009

Top 5: mijn mooiste reizen

Rondom verschillende thema's geef ik mijn persoonlijke 'top 5'

Hier: De mooiste reizen die ik zelf in Brazilië heb gemaakt.

1. Porto Velho - Manaus (Amazonegebied)
bootreis van vier dagen, vooral bijzonder als bijna meditatieve ervaring, meer dan 80 uur traag varen en vanuit de hangmat oneindige regenwouden zien passeren
2. Patos - Teresina (sertao)
lange busreis, dwars door de binnenlanden (de sertao), memorabel vanwege de desolaatheid, de afgelegenheid en de 'anders'heid van dit stuk Brazilië
3. Caravelas - Abrolhos (Bahia)
bootreis van het stadje Caravelas naar de eilandengroep Abrolhos, met onderweg walvissen en op de eindbestemming prachtige tropische vissen
4. Trancoso - Caraiva (Bahia)
een trip per buggy door 'het land achter het strand' vanaf het heerlijke dorp Trancoso naar het mooie, elektriciteitsloze Caraiva (zie foto) over een zandweg, bruggen bestaande uit twee bandbrede planken en mooie stille landschappen
5. Belo Horizonte - Porto Seguro (Minas Gerais, Bahia)
22 uur in de bus, vooral mooi vanwege de schitterende rotspartijen tijdens de laatste uren van de reis én vanwege het altijd euforische gevoel: 'we gaan naar het strand!'

Meenemen naar huis: Cachaça

Cachaça (spreek uit kasjassa) is in Brazilië wat bij ons de jenever is. Je treft het in ieder kroegje en je hebt het in een enorm aantal varieteiten. Deze brandewijn wordt gemaakt van suikerriet. Een zuiplap wordt een 'cachaçeiro' genoemd.

Er zijn grote 'export'merken, zoals Pitu en 51, maar ook talloze kleine producenten. De beste cachaças komen uit Minas Gerais, en - volgens ingewijden - vooral uit de streek rond Salinas.

Bij toeristen is cachaça vooral bekend als de grondstof voor caipirinha, die heerlijke drink die zo perfect past bij tropische avonden en palmenstranden. De caipirinha wordt gemaakt van 'witte' cachaça, daarnaast heb je ook 'bruine' cachaças, die vooral lekker zijn om - uiteraard met mate - puur te drinken en vaak worden verrijkt met diverse kruiden.

Voor bezoekers aan Ouro Preto
Mocht je in Ouro Preto zijn: daar zijn een speciale cachaça-bar (Bar do Beco) in een zijstraatje van de Rua Direita, en een cachaçaria, een gespecialiseerde winkel in de wijk Pilar. Beide zijn van dezelfde eigenaar, die ook een paar eigen merken fabriceert, waaronder het smakelijke Milagre de Minas. In de bar is regelmatig live-muziek, een prettige plek voor een avondje uit.

Als je cachaça meeneemt, koop 't dan (opnieuw) niet pas bij vertrek op het vliegveld, want daar heb je alleen de exportmerken voor exportprijzen. Neem een fles 'witte' mee om caipirinha te maken, en een 'bruine' om puur te drinken, op koude winteravonden, denkend aan Brasil ...

Snorkelen bij Abrolhos

Abrolhos is een eilandengroep(je) op ca. drie uur varen uit de kust van Caravelas, een stadje in het uiterste zuiden van Bahia. De dagtocht naar de eilanden is erg de moeite waard, vooral omdat je onderweg grote kans maakt walvissen te zien en omdat bij de eilanden ook de ongeoefende duiker heerlijk kan snorkelen. De koralen rondom de eilandjes worden beschouwd als de mooiste van Brazilië, en zijn de woonplaats van een grote variatie aan prachtige tropische vissen.

Abrolhos is beschermd door IBAMA, de Braziliaanse (overheids)milieu-instelling, en de gidsen die je rondleiden zijn IBAMA-medewerkers.

De excursies vertrekken vanuit Caravelas, een klein, slaperig Bahiaans stadje met verschillende pousada's.

donderdag 8 januari 2009

Prima woordenboek

Het beste online woordenboek dat ik ken om woorden van het Portugees naar het Nederlands te vertalen is Woxikon (ondertitel 'Dicionário Online'), te vinden op http://www.woxikon.com.br/.

De vertalingen zijn (voorzover ik de site heb gebruikt) heel accuraat, bovendien worden indien relevant meerdere vertaling mét een duiding van de context gegeven.

Eet veel onbekend fruit ...

Vergeet niet in Brazilië kennis te maken met allerlei soorten fruit die je nog niet kent. De overdaad is enorm, en de smaken zijn vaak verrassend.

Geheel willekeurig een paar fruitsoorten waarvan alleen de exotische namen je al doen likkebaarden: bacuri (zie foto), açai, acerola, caju (de vrucht van de cashewnoot), graviola, maracuja (bij ons bekend als passievrucht), jaboticaba.

Probeer ze vooral als sap ('suco', spreek uit soekoe) of als ijsje ('sorvete', spreek uit sorvetsjie). Veel fruitsoorten zijn regionaal (zo zijn wij op onze sitio in Minas Gerais gelukkige bezitters van een aantal jaboticababoom, typisch voor deze regio). En de kampioenen 'rare onbekende fruitsoorten' zijn toch wel de regio's in het noorden. In Belém (Pará) belandden wij eens in een sorveteria waar meer dan 50 soorten ijs te koop waren, vrijwel zonder uitzondering gemaakt van fruitsoorten waarvan wij nog nooit hadden gehoord ...

Top 5: koloniale architectuur

Rondom verschillende thema's geef ik mijn persoonlijke 'top 5'; subjectiever kan niet natuurlijk ... leuk!

Hier de Tip 5 'koloniale architectuur':

1. Ouro Preto: de gehele oude stad (Minas Gerais)
2. Paraty: de gehele oude stad (Rio de Janeiro)
3. Salvador: het Pelourinho (Bahia)
4. Sao Luis: het oude stadscentrum (Maranhao)
5. Tiradentes: het gehele stadje (Minas Gerais, zie foto)

Het MASP in Sao Paulo

Hét museum voor beeldende kunst in Brazilië is het MASP in Sao Paulo, voluit het Museu de Arte de Sao Paulo. Het MASP is gevestigd in een opvallend gebouw van Lina Bo Bardi, aan de Avenida Paulista, middenin het centrum van de stad.

De vaste collectie bevat zowel Braziliaanse als Europese meesters. Het museum heeft onder meer werken van Candido Portinari en Lasar Segall; onder de Europeanen bevinden zich 'onze' Rembrandt, Frans Hals en Frans Post. De aanwezigheid van Post is aardig, omdat deze Hollandse landschapsschilder uit de zeventiende eeuw zeer actief is geweest in Brazilië. Het Rijksmuseum in Amsterdam bezit Braziliaanse landschappen van Post; in het MASP hangt zijn werk 'Cachoeira de Paulo Afonso' (zie foto).

Overigens: als het om moderne kunst gaat kun je op verschillende plaatsen in Brazilië verrast worden, maar toch staat Sao Paulo op eenzame hoogte, met interessante musea, galeries en natuurlijk om het jaar de Bienal de Sao Paulo.

Meenemen naar huis: Havaianas

Tsja, erg origineel is deze tip niet, maar toch: Havaianas behoren al jaren tot dé cultsymbolen van Brasil. Ze zijn er tegenwoordig in veel (steeds meer) soorten en kleuren.

In Europa kosten ze drie keer zo veel, en ze voelen natuurlijk veel lekkerder aan je voeten als je ze in hun geboorteland hebt aangeschaft (ook leuk: een paar mini-Havaianaatjes als kadootje voor je kleine neefje of nichtje). Overigens: koop de Havaianas niet 'last minute' op de luchthaven, want daar betaal je de hoofdprijs.

Projeto Axé

Een stichting die grote indruk op me heeft gemaakt is Projeto Axé in Salvador. Het project is opgericht in 1990 door de Italiaanse migrant Cesare de Florio La Rocca. Vanuit een groot gebouw in het centrum van Salvador stuurt Cesare - met een groot aantal enthousiaste vrijwilligers - zijn stichting aan. Projeto Axé helpt kinderen uit de armste bevolkinsgroep, die bovendien getraumatiseerd zijn door verwaarlozing, geweld of misbruik. Axé probeert die kinderen uit een vicieuse cirkel van misere te helpen middels de schone kunsten: dans, theater, muziek. Ook wordt gebruikt gemaakt van de vooruitstrevende ideeen van de Braziliaanse onderwijshervormer Paulo Freire.

De aanpak van de stichting blijkt wonderbaarlijk goed te werken. Een medewerkster vertelde me dat kinderen soms zo verwaarloosd binnenkomen dat geen enkel contact mogelijk is; ze zijn extreem angstig en niet in staat te communiceren; binnen een jaar lukt het de stichting om de kinderen weer vertrouwen te geven in andere mensen, en 'normale' sociale vaardigheden aan te leren. Ik bezocht Axé een paar jaar geleden samen met Jan Marijnissen en maakte kennis met de kinderen waarover de medewerkster sprak: ze waren uitbundig, vrolijk en heel toegankelijk.
Jan schreef op zijn weblog een stukje over het bezoek aan Axé en maakte ook de foto hierboven.

Axé helpt de kinderen als ze wat groter zijn op allerlei manieren een toekomst op te bouwen. Meer info is te vinden op http://www.projetoaxe.org.br/

woensdag 7 januari 2009

Het bijzondere hart van Sao Luis

Een van de mooiste historische stadscentra tref je in het - niet eens zo heel bekende - Sao Luis, hoofdstad van de noordelijke deelstaat Maranhao. Het oude centrum is prachtig geconserveerd en is sinds 1997 ook 'Patrimonio Cultural da Humanidade', beschermd door UNESCO. In totaal vallen 3.500 gebouwen onder dat beschermd stadsgezicht; de gevels van de oude panden zijn deels voorzien van pastelkleuren en deels van 'Portugese' azulejos. Die azulejos bieden tevens bescherming tegen het vochtige tropische klimaat in deze regio.

Net zo aardig als het uiterlijk van de stad is haar cultuur, met enkele elementen die uniek zijn voor de regio. Denk voornamelijk aan het grote folkloristische feest Bumba-meu-boi en aan de lokale reggae, die we zelfs in de stadsbussen hoorden en die Sao Luis de bijnaam Jamaica Brasileira heeft opgeleverd.

Mocht je - ten slotte - bij een bezoek aan Sao Luis verbaasd zijn doordat je opeens door de Avenida Jansen loopt of tegen het Lagoa da Jansen aankijkt, wij hebben ons laten vertellen dat deze niet-Braziliaanse naam is ontleend aan een zeer rijke koopvrouw van Hollandse afkomst uit de koloniale tijd, die volgens de overlevering zo'n sterk karakter had, dat 'zelfs de mannen bang voor haar waren'.

Praia da Pitinga

Een van onze favoriete stranden is Praia da Pitinga, bij Arraial d'Ajuda (Bahia). Het is een heerlijk palmenstrand op een geweldige locatie. Achter het strand domineert een berg, begroeid met palmen. In zuidelijke richting beginnen roodkleurige rotsen. Het strand zelf is het laatste strand van Arraial, en heeft enkele prima barretjes, waar je ook lekker kunt eten.

Als je vanaf Pitinga in zuidelijke richting wandelt bevind je je vrijwel direct op lange, verlaten stranden tussen Arraial en Trancoso. Ideaal dus voor stiltezoekers. En de wandeling terug ca. 30 minuten over het strand, van Pitinga naar Arraial, is een wonderschoon toetje na een lekkere stranddag (als je heel moe bent kun je overigens ook een busje terug nemen naar het stadje).

Over Arraial zelf vertel ik meer elders op dit log.

Cerveja

Brazilië is een echt bierland. De cultuur van het bierdrinken heeft een aantal mooie karakteristieken. Om te beginnen moet het bier ('cerveja' in het Portugees, spreek uit als zervezzja) koud zijn, of liever ijskoud: geladinho! Het is niet ongebruikelijk dat een ober verontschuldigend naar je toekomt met de mededeling dat hij wel bier heeft, maar dat het nog niet 'gelado' is. Om het bier 'gelado' te houden wordt hij meestal opgediend in een koeler, de 'isopor'.

Ofschoon de longneck in de wat chiquere gelegenheden in opkomst is, drinkt de Braziliaan zijn bier per traditie uit een grote fles, van 600 cl. Stel, je bent met zijn drieën: dan bestel je niet drie flessen, maar één fles met drie glazen ('copos'); de kleine bierglaasjes zien er - zie foto - bijna in heel Brazilië hetzelfde uit.

Er zijn veel nationale biermerken, waarvan Brahma, Antartica en Skol de grootste zijn.

Naast de cerveja uit een fles heb je de 'chopp' (uitgesproken als 'sjoppie'), die doorgaans erg lekker is en vaak een bijna zacht-romige smaak heeft. Mocht je ooit in Ribeirao Preto (Sao Paulo) komen, bezoek dan de Choperia Pinguim, thuishaven van Antartica en misschien wel de beroemdste choperia van het land.

zaterdag 3 januari 2009

In de wolken ...

Een van de mooiste manieren om een indruk te krijgen van de omvang van Sao Paulo is vanaf de bovenste verdieping van het Banespa-gebouw. Een speciaal uitkijkterras biedt de bezoeker de kans om de stad in alle richtingen te aanschouwen. Bij mooi weer rijkt het zicht 40 kilometer ver.

Deze statige toren is een van de hoogste gebouwen van het stadscentrum en vrij toegankelijk voor publiek. Neem de lift naar boven en geniet van het panorama: een waanzinniger jungle van wolkenkrabbers zul je niet vaak meer aantreffen.

Vier dagen op de Rio Madeira

Er zijn natuurlijk vele manieren om het Amazonegebied te bereizen. Jaren geleden hebben wij de boot genomen van Porto Velho (Rondonia) naar Manaus. Reistijd: vier dagen over de Rio Madeira en de Rio Amazonas. We vonden het een mooie ervaring. Je leeft een aantal dagen in een soort tijdelijke microkosmos, en wordt steeds meer 'groep' met je medereizigers.

Wij moesten halverwege de reis overstappen van de 'Orlandina I' op de 'Ana Maria' in Manicoré, en hadden ruim de tijd om het leven in dit afgelegen Amazonestadje een beetje te proeven. Ook in andere dorpjes en stadjes onderweg kon je soms even de boot af om te kijken hoe het lokale leven eruit zag. Tijdens iedere stop werden we opgewacht door lokale 'caboclos' (bewoners van het Amazonegebied, nakomelingen uit Portugees-indiaanse voorouders). De caboclos laadden hun koopwaar in en kwamen regelmatig even aan boord om een biertje te drinken. Los van de stops zit je natuurlijk vooral op de boot, en dat moet je wel liggen. Wij vonden het slome leven op een trage boot erg prettig, beetje lezen, beetje praten met medereizigers en wat om je heen kijken naar het onafgebroken decor van dicht regenwoud.

Een paar praktische zaken: je reist het best in de hangmat (hutten zijn er ook, maar die zijn duurder en minder prettig); koop dus van tevoren een goede - liefst grote - hangmat, want je bent verantwoordelijk voor je eigen slaapcomfort. De hangmat klik je vast op het tussendek en je slaapplaats is gereed. Als je kunt kiezen tussen verschillende boten, neem dan een driedeksschip. De mooie Amazoneschepen heb je in twee- en in driedeksversie. Het voordeel van het driedeksschip is dat je op het bovendek af en toe wat kunt lopen of op een stoel - nog beter - van het uitzicht kunt genieten.

Ouro Preto is eehh ...

Het beschrijven cq. aanbevelen van Ouro Preto is voor mij een tikkeltje moeilijk. De reden? Het is de geboortestad van mijn vrouw en het centrum van de regio waar onze sitio ligt. Ik heb al zoveel jaren zovele kilometers over de kinderkopjes in Ouro Pretos steile straatjes gelopen dat zelfs de schijn van objectiviteit snel verloren is als ik over dit stadje ga schrijven. Maar gelukkig: ook beschrijvingen uit minder verdachte hoek typeren Ouro Preto vaak als een van de mooiste steden van Brazilië.

De stad dateert uit de eerste helft van de achttiende eeuw en het centrum is zowel door plaatsing op de Werelderfgoedlijst van UNESCO beschermd als zeer goed geconserveerd. Totdat Belo Horizonte zo rond 1900 op de tekentafel werd ontworpen, was Ouro Preto ook de hoofdstad van de - uit historisch oogpunt - voorname deelstaat Minas Gerais. Aan het eind van de 18e eeuw was de stad zelfs een van de grootste steden van geheel Latijns-Amerika. Dat rijke verleden resulteert in een prachtig oud centrum, met talloze kerken, die vaak ook nog op bijzonder fotogenieke plaatsen zijn neergezet.

De stad is als het ware neergesmeten tussen hoge bergen. Zo'n locatie kies je alleen als je er een heel bijzondere reden voor hebt, en die was er: goud - vooral goud - en vele edelstenen werden in de regio gevonden.

Vergeet als je Ouro Preto bezoekt de naam van Aleijadinho niet. Aleijadinho, de 'kleine kreupele', was de zoon van een Portugese vader en een Afrikaanse moeder, en maakte - ernstig gehandicapt door de lepra - de mooiste beeldhouwwerken uit Braziliës geschiedenis. Veel van zijn werken decoreren de kerken van Ouro Preto. Een van de bekendste voorbeelden van Aleijadinho's stijl is het medaillon op de façade van de Francisco de Assis-kerk.

In Ouro Preto is het heerlijk rondwandelen, je struikelt over de foto-momenten, en de sfeer is ontspannen en vriendelijk. Er zijn veel gezellige bars en restaurants, enkele galerieen, en hotels en pousada's in alle soorten en maten.

Ouro Preto is - ten slotte - ook een prima startpunt voor excursies in de regio, naar mooie oude steden en dorpen, zoals het bekende buurstadje Mariana of veel minder bekende verstilde koloniale dorpjes als Sao Bartolomeu en Glaura. Ook kun je met een gids tochten in de natuur te maken, waaronder wandelingen naar de Pico do Itacolomy of een watervallentocht vanuit eco-dorp Lavras Novas.


Mmmoqueca!

Als je in Bahia bent: ga vooral moqueca eten, een heerlijk visgerecht in diverse varianten. Je hebt 'moqueca de peixe', bereid met vis, en 'moqueca de camarao', moqueca met garnalen.

De moqueca wordt bereid in een aardewerken pan en geserveerd met rijst en salade. Voornaamste ingredienten - naast de vis - zijn kokosmelk en dendê-olie.

Er is ook nog een lekkere variant op de moqueca: 'camarao na moranga', hierbij wordt een garnalenvulling - met dezelfde ingredienten als in de moqueca - geserveerd in een pompoen.

Een (kleine) waarschuwing: De dendê-olie is volgens sommigen onmisbaar voor een goede moqueca; tegelijkertijd kan de olie mensen met een zwakke maag wel eens een ongewenste apres-diner-ervaring opleveren. Je kunt overwegen om de ober te vragen de moqueca zonder dendê klaar te maken, er zijn zelfs Brazilianen die dat doen.

vrijdag 2 januari 2009

Het Goeldi Museum in Belém

Als je Belém in de noordelijke deelstaat Pará bezoekt, ga dan zeker naar het Museu Goeldi (voluit: Museu Paraense Emilio Goeldi). Het is een soort Amazone-museum, en de meest opvallende bezienswaardigheden vonden wij de enorme waterplant Vitoria Regia (zie foto) en het aardewerk uit de pre-Colombiaanse inheemse culturen van de Marajoara- en Tapajós indianen. Brazilië heeft niet zo heel veel kunstschatten uit de pre-Colombiaanse tijd, maar in het Goeldi-museum zijn een paar prachtige voorbeelden van beide genoemde culturen te zien.

Nacht overbruggen in Sao Paulo/Guarulhos?

Veel reizigers naar Brazilië zullen aankomen op het internationale vliegveld van Guarulhos/Sao Paulo. 't Kan voorkomen dat je een nacht in Guarulhos wilt overbruggen, op de heen- of terugreis, bijvoorbeeld omdat je niet direct na aankomst een connectie hebt naar je eindbestemming. In dit soort gevallen slapen wij altijd een nachtje in hotel Panamby in Guarulhos. 't Is een prima rechttoe-rechtaan-hotel om een nacht door te brengen, met bovendien een lekker ontbijt. Groot voordeel is dat je van tevoren - maar ook op de luchthaven - het speciale shuttle-busje van het hotel kunt reserveren voor de (gratis) rit van vliegveld naar hotel, en dat is wel zo lekker na een lange vlucht. Concreet: ga na aankomst op Guarulhos vanuit de aankomsthal naar buiten en zoek even naar de plaats waar de (hotel)bussen vertrekken; meestal staat een vriendelijke meneer van het hotel bij het busplatform al klaar om je te helpen.
Reserveren kun je via reservas@panamby.com.br; geef bij het reserveren ook aan hoe laat je vlucht aankomt en dat je aansluitend gebruik wilt maken van de shuttlebus. Er zijn overigens ook andere hotels met een shuttlebus, waaronder Ibis (goedkoper maar aanzienlijk verder) en Marriot (duurder).

Twee waarschuwingen: 1) het hotel is niet superduur, maar ook zeker geen low budgetoptie. 2) de directe omgeving is allesbehalve pittoresk, met een ligging aan een grote snelweg en omringd door fantasielose vierkante gebouwen. Maar nogmaals: heel handig om even een nachtje te overbruggen. Meer info op www.panamby.com.br

Eet bij de 'Quilo'!

Sommige uitvindingen in Brazilië zijn briljant in hun eenvoud. Neem de 'comida a quilo', de 'quilo-restaurants'. Overal in het land tref je deze quilo-restaurants aan, en vaak kun je er uitstekend eten. Het principe van het quilo-restaurant is simpel: je pakt een bord, selecteert uit een (doorgaans grote) hoeveelheid gerechten die in pannen en schalen staan opgediend de gerechten die je lekker vindt, schept de gewenste hoeveelheid op je bord en plaatst dat bord vervolgens op een weegschaal. Uiteindelijk betaal je naar de hoeveelheid eten die je hebt opgeschept.

Het concept is ideaal omdat je precies kunt opscheppen waar je zin in hebt, van een zware lunch met veel vlees, rijst en bonen, tot een ultra'light' bordje met salades. De betere quilo's hebben een groot assortiment aan heerlijke gerechten, vaak met specialiteiten uit de streek, dus moquecas in Trancoso en 'comida Mineira' in Mariana. De allerlekkerste quilo waar wij ooit aten is overigens Portinha in Arraial d'Ajuda.

Chapada Diamantina

De Chapada Diamantina ligt in Bahia. 't Is een van de mooiste natuurgebieden van het land, met prachtige rotsformaties, watervallen, grotten en canyons. Vanuit Salvador neem je de bus naar Lençóis, dat je bereikt na circa vijf uur hobbelen. Lençóis is een zeer relaxed stadje met mooie oude huizen en ruim voldoende pousada's. Ter plekke kun je een reisgids huren die je (een deel van) de Chapada laat zien. In principe kun je in een dag een aantal van de highlights bezoeken.

Tot de mooiste bezienswaardigheden in de Chapada behoren de Morro do Pai Inacio, de Morro do Camelo, de Gruta Lapa Doce en de Cachoeira da Fumaça, met 340 meter de hoogste waterval van het land (en érg ongeschikt voor mensen met hoogtevrees ...)

Brasil-info in Nederland

De website http://www.brazilie.net/ (ondertitel: "Culturele ontmoeting Nederland - Brazilië") is een prima startpunt als je op zoek bent naar Brasil-gerelateerde informatie in Nederland of informatie over thema's waar Brazilië en Nederland elkaar raken. De site bevat niet alleen nieuwsberichten, maar ook een sectie met links op onderwerpen als 'Nederlandse projecten in Brazilië', 'Culturele instellingen', 'Beeldend kunstenaars & designers' en 'Sporen NL-BR & BR-NL'.